Temperatuurregulatie

Get Started. It's Free
or sign up with your email address
Temperatuurregulatie by Mind Map: Temperatuurregulatie

1. Kerntemperatuur

1.1. normaal 35,5 - 37,5 graden

1.2. schommelingen

1.2.1. dag- en nachtritme

1.2.2. menstruatiecyclus vrouw

1.2.3. lichamelijke inspanning

1.3. Setpoint

1.3.1. Omhoog

1.3.1.1. Koorts

1.3.1.1.1. Oorzaken

1.3.1.1.2. Symptomen

1.3.1.1.3. Geneesmiddelen

1.3.2. Omlaag

1.3.2.1. Overtollige warmte kwijtraken

1.3.2.1.1. Zweetsecretie

1.3.2.1.2. Vasoconstrictie

2. Hypothalamus

2.1. Anterior

2.1.1. Afkoelingscentrum

2.1.2. Reageert op stijging kerntemperatuur

2.1.3. Warmteafgifte

2.1.3.1. Fysische warmteregulatie

2.1.3.2. Vasodilatie

2.1.3.3. Zweetsecretie

2.2. Superior

2.2.1. Verwarmingscentrum

2.2.2. Vermindering warmteafgifte

2.2.3. Warmteproductie

2.2.3.1. Vasoconstrictie

2.2.3.2. Vermindering zweetsecretie

2.2.3.3. Pilo-erectie

2.2.3.4. Verhogen stofwisseling

2.2.3.4.1. Chemische warmteregulatie

2.2.3.4.2. Rillen en klappertanden

2.2.3.4.3. Warmteproductie in spieren

2.3. Orthosympatisch systeem

2.3.1. Warmte

2.3.2. Verhoogde activiteit

2.3.2.1. Kou

2.3.2.1.1. Katabole functies aan

2.3.2.1.2. Anabole functies geremd

2.3.2.1.3. Toename adrenaline door bijniermerg

2.3.2.1.4. Toename glucagonproductie door pancreas

2.4. Formatio Reticularis

2.4.1. Toename waakzaamheid

2.4.2. Bemoeilijking slapen

3. Perifere thermosensoren

3.1. In de huid

3.2. Vooruitmelding info over huidtemperatuur naar hersenen

3.2.1. Reflectoire reacties

3.2.2. Warmte- en koudegevoel

3.2.2.1. Bewustwording

3.2.2.1.1. Naar andere omgeving

3.2.2.1.2. Aanpassen kleding

3.3. Warmtehuishouding

3.3.1. New node

3.4. Warmtesensoren

3.5. Koudesensoren

4. Verstoring balans warmteproductie en warmteafgifte

4.1. Hypothermie

4.1.1. Daling kerntemperatuur beneden 35 graden

4.1.1.1. Onder 34 graden: verlies bewustzijn

4.1.1.2. Onder 30 graden: Verwardheid

4.1.1.3. Onder 29 graden: hartritmestoornissen

4.1.1.3.1. Ventrikelfibrilleren

4.1.1.3.2. Hartstilstand

4.1.1.4. Onder 28 graden: autoregulatie valt weg

4.1.1.4.1. Wijde pupillen

4.1.2. Symptomen:

4.1.2.1. Rillen

4.1.2.2. Sufheid/sloomheid

4.1.2.3. Trage hartslag

4.1.2.4. Langzame ademhaling

4.1.3. Risicofactoren

4.1.3.1. Zuigelingen

4.1.3.1.1. Groot lichaamsoppervlak ivt lichaamsmassa

4.1.3.2. Drenkelingen

4.1.3.3. Bejaarden

4.1.3.3.1. Geringe lichamelijke inspanning

4.1.3.3.2. Afgenomen effectiviteit temperatuurregulatie

4.2. Hyperthermie

4.2.1. Lichaam kan warmteregulatie niet meer in stand houden

4.2.1.1. Extreem hoge kerntemperatuur: boven 40 graden.

4.2.1.2. Setpoint verandert niet

4.2.1.3. Overmatige zweetsecretie

4.2.1.3.1. Tekort aan vocht en zouten (elektrocyten)

4.2.2. Oorzaken

4.2.2.1. Lichamelijke inspanning in extreme hitte

4.2.2.2. In afgesloten, zeer warme omgeving

4.2.3. Risicofactoren

4.2.3.1. Jonge kinderen

4.2.3.2. Bejaarden

4.2.3.2.1. 70% overlijdt

4.2.3.3. Personen met bepaalde huidaandoeningen

4.2.3.4. Gebruik bepaalde medicatie

4.2.4. Symptomen

4.2.4.1. Beginfase

4.2.4.1.1. Duizeligheid

4.2.4.1.2. Zwakte

4.2.4.1.3. Vermoeidheid

4.2.4.1.4. Hoofdpijn

4.2.4.1.5. Misselijk

4.2.4.1.6. Wazig zien

4.2.4.1.7. Zeer warme, droge en rode huid

4.2.4.1.8. Lage bloeddruk

4.2.4.1.9. Spierkrampen

4.2.4.2. Ernstige symptomen

4.2.4.2.1. Tachycardie, 25% hypotensie

4.2.4.2.2. Hyperventilatie

4.2.4.2.3. Hypofosfatemie

4.2.4.2.4. Neurologische disfunctie

4.2.4.2.5. Disfunctionerende organen